Mensen die kinderen hebben, zullen het herkennen. Je wilt ze ’s ochtends op tijd naar school brengen en ze doen niets anders dan treuzelen. Er tegenin gaan – “Eet je boterham nou op, we moeten ook nog tandenpoetsen!”, “Trek je schoenen aan, we komen te laahaat!” – werkt bijna altijd averechts en kost jou als ouder veel negatieve energie. Trainer Carry Leegwater zei op zo’n ochtend een keer tegen haar kinderen: “Oké, we doen het vandaag rustig aan, dan komen we maar te laat.” En toen schoten ze opeens wel in de actiemodus. Eens voor een heel andere benadering van het probleem kiezen, in dit geval meebewegen, kan vaak tot de oplossing leiden.
Zoogdierenbrein
Je hoeft je zeker niet te schamen als je moeite hebt met veranderingen. Bij veel mensen veroorzaakt een verandering een fysieke reactie in het brein. Daardoor ervaren ze stress waardoor ze (tijdelijk) niet normaal functioneren. Ze schakelen namelijk onbewust over op hun zoogdierenbrein, ook wel het rode brein genoemd. Mensen die in deze stand schieten, staan niet open voor redelijke argumenten; die kunnen ze niet meer normaal registreren. In het zoogdierenbrein domineren emotionele reacties die met overleven te maken hebben. Het zoogdierenbrein houdt zich vooral bezig met de korte termijn: help, het moet anders, maar ik weet niet hoe dat moet!
Beredeneren
Het hersendeel dat je juist moet benutten om te kunnen meebewegen in een verandering is je neocortex, ofwel je groene brein. Die voorkwab van je hersenen zorgt ervoor dat we informatie bewust kunnen verwerken en rationeel kunnen redeneren. “Hierin zit bijvoorbeeld ook je creativiteit en vermogen om oplossingen te zoeken”, vertelt Carry. Helaas wordt dit deel van het brein bij de stressreactie die een verandering kan veroorzaken meteen afgesloten. Wil je dus op een prettige manier mee kunnen in een verandering, dan is het zaak van je zoogdierenbrein terug te schakelen naar je neocortex. “Een keer diep in- en uitademen kan daarbij helpen”, zegt Carry. Of laat iemand even een pas op de plaats maken, door hem of haar bijvoorbeeld even mee naar buiten te nemen voor een wandelingetje.
Zodra onze neocortex weer aan staat, kunnen we nadenken over hoe een verandering op de lange termijn uitpakt. Op de korte termijn is het misschien fijner om alles bij het oude, vertrouwde te laten, maar met je verstand kun je beredeneren dat een verandering niet alleen voor de organisatie, maar ook voor jou persoonlijk op de lange termijn beter is.
Iceman
Gelukkig kun je jezelf trainen om met veranderingen om te gaan. Carry laat een filmpje van ‘iceman’ Wim Hof zien. Hij trainde zichzelf om extreme kou te trotseren. Daardoor kon hij in korte broek een marathon boven de poolcirkel lopen, en flink wat rondjes in ijswater zwemmen. Let wel: ongetraind in ijswater springen kan een hartaanval veroorzaken. De iceman oefende langdurig om zijn lichaam anders te laten reageren op extreme kou. Hij heeft zichzelf geleerd hoe hij controle kan krijgen over zijn hartslag, ademhaling en bloedcirculatie. Ook zet hij een mentale knop om. Hij spreekt zichzelf toe in bewoordingen als: “Het water ziet er helder en uitnodigend uit.” Als je een verandering ziet als een koud bad, en je kunt jezelf harden tegen kou, dan kun je jezelf ook leren om op een prettige manier om te gaan met veranderingen.
Groeizone
Wil je je vermogen om met veranderingen om te gaan vergroten, dan is het belangrijk om kleine stappen te zetten. Uiteindelijk kun je dan vaak veel meer aan dan je in eerste instantie dacht. Je hoeft maar een klein stapje uit je comfortzone te zetten om in je groeizone te komen. Daar kun je experimenteren met nieuw gedrag. Durf daarbij te falen. Vergaat de wereld als je een keer een foutje maakt? Meestal niet, zie het als een kans om iets nieuws te leren. Werkt iets niet, dan probeer je iets anders.
Van dippen naar kikken
Coach/trainer Gerda Bos noemt deze verandering van de mindset: van dippen (denken in problemen) naar kikken (kijken in kansen). Wat hierbij kan helpen:
- Welke vaardigheden heb je eerder ingezet en kun je nu ook inzetten?
- Wat gaat er al beter nu de verandering is ingezet?
- Wat heeft je tot nu toe geholpen?
- Wat zie je dat anderen helpt?
Nee- en ja-energie
Dat verandertrajecten soms helemaal verkeerd uitpakken, komt vaak doordat organisaties een te grote stap in één keer willen zetten. Gevolg: medewerkers worden vanuit hun comfortzone in hun paniekzone gedropt. Daardoor komen mensen in een soort nee-energie terecht; niks is meer goed. Als je wilt dat iemand ja zegt, moet je beginnen met het stellen van vragen waarvan je zeker weet dat je gesprekspartner deze met ja beantwoordt. Daarmee creëer je namelijk de benodigde ja-energie, die ruimte biedt tot meebewegen. Dit kun je ook toepassen als je iets gedaan wilt krijgen van een collega. Zorg voor een positieve sfeer door eerst vragen te stellen waarop een ja komt. Dit is een truc die verkopers ook toepassen.
“Vindt u het ook zo erg dat er steeds meer koraal verdwijnt? Hoopt u dat uw kinderen in de toekomst nog van een mooi groen bos kunnen genieten? Ja? Dan wilt u vast ook wel een steentje bijdragen om dit mogelijk te maken. Zou u er niet voor voelen om vaste donateur van onze natuurorganisatie te worden en daarmee uw kinderen verzekeren van een mooie, groene toekomst?” Vertaald naar jouw praktijk: “Heb je even tijd voor me? Ja? Mag ik je dan uitleggen hoe het nieuwe systeem werkt?” Of: “Vind je het ook lastig je agenda beheersbaar te houden? Ja? Dan heb ik een klus die ook morgen kan. Lukt dat?”
Wat vind jij van de artikelen van Management Support? Laat het ons weten, stuur een mailtje aan hoofdredacteur Vera Bot.