Wanneer datum en/of tijdstip u schikken/schikt?
De verwarring ontstaat door het gebruik van en/of.
Als je 'datum of tijdstip' schrijft, kun je 'schikt' gebruiken. Als je en/of schrijft, ga je uit van meervoud. In principe hebben de persoonsvorm (werkwoord) en het onderwerp hetzelfde aantal. Dus: enkelvoudig onderwerp + enkelvoudige persoonsvorm (ik ben), en meervoudig onderwerp + meervoudige persoonsvorm (wij zijn).
In jouw voorbeeld kun je het beste van die regel uitgaan: 'Wanneer datum en/of tijdstip u schikken...'
Wat is juist: ‘Let op wat er gebeurt’ of ‘Let op wat er gebeurd’?
De juiste schrijfwijze van gebeurd/gebeurt roept vaak vragen op. Vooral bij taalgebruikers die ‘op gevoel’ de werkwoorden schrijven. Gebeurd lijkt op het oog namelijk al snel de juiste vorm. Waarom? Omdat je veel vaker de werkwoordsvorm gebeurd met een d ziet in teksten dan gebeurt met een t.
Hoe komt dat zo? Dat komt omdat we gebeuren in de zin meestal in de voltooide tijd gebruiken. Een paar voorbeelden:
- Er is iets leuks gebeurd.
- Wat is daar gebeurd?
Natuurlijk kan je deze zinnen ook in de tegenwoordige tijd zetten:
- Er gebeurt daar iets leuks.
- Wat gebeurt daar?
Zoals je ziet, krijgt gebeurd een d op het eind, als het werkwoord in de voltooide tijd staat; in de tegenwoordige tijd krijgt gebeurt een t.
Lees ook ons artikel over spelling oefenen voor professionals. Hoe is jouw beheersing van werkwoordspelling en het koppelteken?
Wat is de verleden tijd van benijden? Is dat benijdde of beneed?
De verleden tijd van benijden is benijdden. Het is dus een zwak werkwoord. De klank van de verleden tijd verandert namelijk niet. De vervoeging is dus: ik benijd, ik benijdde en ik heb hem benijd.
Het is wel bijzonder dat benijden een zwak werkwoord is. De meeste werkwoorden met een ij zijn namelijk sterk: kijk – keek, krijg – kreeg, bijt – beet, stijg – steeg. De reden is dat benijden ontstaan is uit het zelfstandig naamwoord nijd. Werkwoorden die zijn afgeleid van een zelfstandig naamwoord worden meestal zwak vervoegd. Een paar voorbeelden: vijl – vijlde, lijn aan – lijnde aan. Dat laatste geldt trouwens ook voor werkwoorden met een ij die zijn afgeleid van een bijvoeglijk naamwoord, zoals bevrijd – bevrijdde.
En dan nog even het werkwoord vrijen. Dit werkwoord heeft twee verledentijdsvormen: vrijde en vree.
Kei in taal worden:
Leer met onze klassikale training ‘Kei in Taal’ in een dag de spellingregels van de Nederlandse taal.
Meer tips?
- Spelling oefenen voor professionals – Doe de spellingoefeningen van communicatietrainer Judith Winterkamp.
- Beginzin – Een goede opening van je e-mail zorgt in veel gevallen voor een goede eerste indruk.
- Slotzin – Je denkt vast nog regelmatig dat je een brief of e-mail met een prachtige volzin als ‘uitsmijter’ moet eindigen, want anders is de tekst niet ‘af’. Maar dat is niet noodzakelijk.
Meer taal- en schrijftips vind je in de e-paper Schrijven met lef, die je gratis kunt downloaden.