'De assistant moet zichzelf op de voorgrond durven zetten'

Het is tijd dat de assistant het spotlicht opzoekt. Dat is de boodschap die Huub van Mackelenbergh aan ondersteuners wil meegeven die hun vakgebied rap zien veranderen door de opkomst van kunstmatige intelligentie (AI). Hij is op 14 november keynotespreker en dagvoorzitter van het Management Support Event 2024.

Als trainer richt Huub zich onder andere op teambuilding, communicatie, daadkracht en assertiviteit. Allemaal hele menselijke vaardigheden, die op het eerste gezicht niets met AI te maken lijken te hebben.

We spraken met Huub over het aanstaande event, menselijkheid, ongemak en Gen Z.

Als trainer stel jij de mens centraal. Wat heb jij eigenlijk te zoeken op een event waar het allemaal draait om AI?

[Lacht] "In eerste instantie dacht ik ook meteen: ‘moeten jullie wel bij mij zijn?’ Ik snap dat AI heel belangrijk is in het werkleven van heel veel mensen op dit moment. Wat ik juist onder de aandacht wil brengen is dat naast AI, jij er zelf ook nog bent.

"Als het om het thema bondgenootschap gaat, tja dan ben jij de mens die zich aan iets – AI - verbindt. Dan is het belangrijk om je af te vragen hoe je het voor elkaar krijgt om het vertrouwen in jouw omgeving te winnen als mens."

Dus in een wereld van AI wordt verbinding maken met anderen belangrijker?

"Als je in een team werkt, dan werk je nooit alleen maar met technologie. Je werkt ook gewoon met mensen. Hoe win je het vertrouwen van je teamgenoten? Wat kun je doen om mensen het gevoel te geven dat ze op jou kunnen bouwen?

"Tijdens mijn keynote en in mijn rol als dagvoorzitter van het Management Support Event wil ik de mens binnen al die technieken vooropstellen. In een toekomst vol AI is jouw rol als AI-deskundige niet het belangrijkste, maar juist die als mens."

Wat is een manier om dat vertrouwen van anderen te winnen?

"Wat ik merk is dat mensen vaak veel te bescheiden zijn over de successen die ze bereikt hebben. Als jij op een realistische wijze – dus de boel niet mooier maken dan het is - kunt vertellen wat je hebt bereikt, dan ontstaat er vertrouwen. Door succesverhalen te delen, kun je samen met je team ook toewerken naar eigen successen.

"Wat professionals tegenhoudt om succes te delen, is bescheidenheid. Of onzekerheid. Dan twijfelen ze aan het feit of hun verhaal wel de moeite waard is. Ik geloof enorm in het tonen van lef. Dus je nek uitsteken en kijken wat dat dan oplevert. Ik pleit voor gepaste onbescheidenheid."

'Gepaste onbescheidenheid'. Dat is niet een woord waar veel ondersteuners zich direct in zullen herkennen. Zij werken op de achtergrond, faciliteren anderen. Hoe ga je deze professionals zover krijgen om ‘onbescheiden’ te zijn?

"De brieven die ondersteuners schrijven, worden altijd ondertekend door anderen. Ik ga kort door de bocht, maar wat ik hiermee wil zeggen is: zij zijn degene die vakwerk afleveren. Assistants zijn mensen met een groot hart. Ze zijn altijd in dienst van een ander bezig, waardoor ze zichzelf vaak vergeten.

"Ik hoop ze op het Management Support Event te stimuleren om zichzelf eens voorop te stellen. Ik denk dat dit broodnodig is. In onze veranderende wereld moet je laten zien wat je waard bent. Dat de wereld niet om jou heen kan."

Ondersteuners moeten dus een nieuwe invulling van hun rol omarmen, zeg je eigenlijk. Ze moeten zichtbaar worden, hun successen vieren…

"Assistants moeten omarmen wat ze misschien lastig vinden. Dat betekent vooral niet je hoofd in het zand steken. Voor AI, maar ook de opkomst van de jongere generaties op de werkvloer. Durf jij te luisteren naar Gen Z-collega’s die technologie veel sneller onder de knie hebben dan jij?

"Met mijn 52 jaar vind ik het soms moeilijk dat ik aan alle kanten word ingehaald. Ik kan de feiten ontkennen, doorgaan zoals ik dat nu doe en er over een paar jaar achterkomen dat ik niet meer mee kan komen. Of ik kan de samenwerking met die jonge mensen opzoeken. Ervoor zorgen dat ze mij bijpraten en dat ik die jonge mensen inhuur voor datgene waar zij goed in zijn. Dan kan ik blijven doen waar ik goed in ben."